jeroendeeg.reismee.nl

10 - 11 maart 2016

10-03-2016 ochtend

Een vriend van Thomas had ons verteld dat de eigenaar van het hostel een geweldige dolfijnen/vogel tour door de mangrove geeft. Toen ik hem er naar vroeg wist hij nog niet zeker of die van morgen zou doorgaan, dit was afhankelijk van het aantal aanmeldingen.

Bij terugkomst bij de kamer gisteravond kregen we het antwoord in de vorm van een briefje op de deur. We moesten ons om 07:50 uur op de pier melden bij captain Gordo. We vonden het jammer dat captain John blijkbaar een dag vrij nam, maar vertrouwden er maar op dat zijn vervanger er ook iets leuks van zou maken.

We gingen op pad met 2 hele enthousiaste Tico’s (naam voor inwoners Costa Rica) en een Amerikaanse chiropractor. Dat wist ik toen nog niet maar ze kletste een hoop en we zaten 6 uur naast elkaar op een klein bootje.

José en Kaliman hadden een grote koelbox vol drinken en fruit meegenomen. Ons valt het op dat het fruit hier veel meer smaak heeft dan in Nederland. We wisten bijna niet wat ons overkwam toen we hier voor het eerst een stukje ananas in ons mond stopten. Geen idee wat ze er mee doen voordat ze in Nederland in de supermarkt liggen, maar het komt de smaak in elk geval niet ten goede.

We moesten zelf opletten of we ergens op de kalme zee vinnen boven zagen komen. Het eerste uur veerde we een paar keer enthousiast op, achteraf telkens voor een drijvende kokosnoot.

Gids Kaliman vertelde ondertussen over welke vogels en vissen we konden tegenkomen, zelf bleek hij een groot vogelspotter, uren kon hij vertellen over welke vogels hij waar en wanneer had gezien.

Het was tijd om te snorkelen. Thomas had zijn eigen duikbril uit Nederland meegenomen. Bleek hij gekocht te hebben op een Chinese website. Zijn bril bleef de gehele duik beslagen en af en toe kreeg hij geen lucht. Dood versleten kwam hij weer aan boord en ging zelfs aan een blikje cola om bij te komen. ‘Ik heb in tien jaar geen cola op, is vergif’. Sprak hij buiten adem uit terwijl hij grote slokken nam.

Bleek er op zijn snorkel een klepje te zitten wat het water moest tegenhouden. Helaas veroorzaakte dit klepje ook dat hij bijna het leven liet in de Atlantische Ocean. Hadden ze dus goed over nagedacht die Aziaten. In China doen ze niet aan snorkelen moeten we maar denken.

In tegenstelling tot Thomas zagen ide chiropractor en ik heel veel grote en mooie vissen, met als hoogtepunt een drietal ‘spotted eagle rays’. Mocht je benieuwd zijn, Google weet raadt.

Na het snorkelen gingen we weer opzoek naar dolfijnen, en we hadden snel succes. Vlakbij ons kwamen uit het niets een tweetal vinnen boven water. Het is misschien een cliché, maar dolfijnen zijn echt geweldig, mijn favoriete dieren.

Het ging in dit geval om een grote soort die volwassen zo’n 200-300 kilo en 4,5 meter lang kunnen worden. Dit zijn flinke vissen als je ze voor, onder en naast je bootje zwemmen. Om ze in het wild te zien, ze te horen ademhalen, en de sierlijkheid, snelheid en souplesse te zien waarmee ze zwemmen blijft iets onbeschrijfelijks magisch.

We kwam er uiteindelijk 5 tegen waarbij de één nieuwsgieriger was dan de ander, maar onze dag kon al lang niet meer stuk.

We vervolgden onze weg naar de mangrove om vogels te spotten. Ze hebben ze hier in alle geuren en kleuren in Costa Rica, en wij konden na vanmiddag ook een aantal kleurrijke exemplaren afvinken. Het gevleugelde hoogtepunt was de Roseate Spoonbill, een soort roze reiger.

10-03-2016 middag

De tour was een doorslaand succes dus we waren 2 blije ventjes. We zaten even bij te komen in het zwembad toen een Amerikaans stel zich bij ons voegde. Het was me al eerder opgevallen dat Amerikanen ietwat moeite hebben met stiltes, dus ze begonnen een gesprek. Zij was een reisagent en hij een onderhouder van een golfbaan. 'We are a boatmen in the harbour of Rotterdam, the 4th biggest port in the world, and a guy who does something with finance at an office'.

Ze hielden ook erg van McDonalds. Dat vertelden ze niet, maar dat verraadde hun lichaamsbouw. Het waren uitgesproken Republikeinen, en waren vol van de aanstaande presidentsverkiezingen. Nadat ik aangaf dat ik Obama wel een toffe peer vind, en ik denk dat Hillary zal gaan winnen, werd het wat ongemakkelijker in het badje. Ik wilde nog zeggen, ‘nee met Bush was het een doorslaand succes’, maar ik slikte het maar in. Wij vonden het toch tijd worden om naar te strand te gaan dus wij zeiden Homer en Marge vriendelijk gedag.

Het strand waar we op aanraden van de receptioniste naar toereden was geweldig. Uitgestrekt, vele palmbomen, nauwelijks mensen en een ongelofelijk woeste zee. Eerst durfden we er helemaal niet eens in, zo’n sterkte stroming hadden we nog nooit gevoeld. Als het water zich terugtrok moest je je heel schrap zetten om niet meegesleurd te worden.

Bulderend klapten de golven van zeker 5-6 meter op de kant. We trotseerden deze met wisselend succes, wat praktisch inhoudt dat wanneer ik nu, 3 dagen later, flink met mijn hoofd schut er nog zwart grind uit mijn oren tevoorschijn komt.

Na al dit natuurgeweld besloten we de dag met een heerlijke maaltijd in een van de lokale restaurants. We konden niet anders concluderen dan Puerto Jimenez, één groot succes!

11-03-2016 ochtend

Voor de eerste hanen gekraaid hadden waren we wakker en gingen we op pad naar Jakó (spreek uit: Gako). Het verkeer zat lekker mee waardoor we besloten een pitstop in te lasten in Dominical, een stadje dat op Thomas zijn lijstje stond, maar wat we eerder overgeslagen hadden.

Het bleek een hippieachtig dorpje waarin wat vrije geesten leefden in tentjes aan het strand. Ze zaten daar op kleedjes een beetje met elkaar te kroelen en wazig te doen. Een hoog Yoko Ono-John Lennon-Peace gehalte.

Thomas ging vol in de zon op het strand zitten bij een aangespoelde boom die ook versierd was met allerlei spiegeltjes aan touwtjes. Al snel werd hij vergezeld door een van de mannelijke tentbewoners die zijn ochtendgymnastiek ging doen. Nadat hij hier mee klaar was trok hij ineens, 2 meter voor Thomas zijn neus, zijn broek naar beneden en rende naakt naar de zee, Thomas verbouwereerd achterlatend. Een vrij bizar tafereel op een verder verlaten strand.

We besloten te gaan zwemmen en vertrouwden het wel dat de auto even onbeheerd achterbleef, het ergste wat er zou kunnen gebeuren is dat er een hippie een peace teken op zou tekenen.Op ons zwembroek na hadden we alles veilig achter slot en grendel, zelfs onze slippers zouden ze niet kunnen stelen.

De autosleutel hing voor een golf of twee veilig aan mijn nek. U raadt het al, na golf drie ineens niet meer. Lichtelijke paniek maakte zich over ons meester. Tevergeefs zochten we in het wilde water, maar al snel kwam het besef dat de kans dat Sparta ooit de Champions League wint groter is dan dat we deze sleutels nog terug zouden vinden.

Even alles op een rijtje zettend:

- De auto zit op slot met daarin al onze bezittingen, waaronder ons geld, telefoons, en niet onbelangrijk in het heetst van de dag ons water en onze slippers.

- We hebben geen reserve sleutels, het verhuurbedrijf zit 4,5 uur van ons verwijderd, en de contactgegevens liggen in de auto.

Conclusie: Lieve glimlach opzetten en op m’n blote kakken opzoek naar hulp.

Stop 1 was een hostel aan de overkant van de onverharde weg, dit was in dit geval een voordeel want asfalt zou een ramp zijn geweest. In dit hostel hadden ze helaas geen telefoon, maar ze wisten me wel te vertellen dat er verderop in de straat een slotenmaker zat. Op m’n blote kakkies door dus.

Stop 2 was de slotenmaker die gelukkig thuis was, en bereid te helpen. In ruil voor zijn hulp vroeg hij voor Costa Ricaanse begrippen een behoorlijk bedrag. In zijn achtertuin staande, met mijn zwembroek als grootste bezit voelde ik me nogal afhankelijk en nederig, dus ging ik akkoord.

Gewapend met een schroevendraaier, waslijn en een ijzerdraadje liep hij mee naar onze auto. Van wat er toen gebeurde viel onze bek open. Binnen exact 7.8 seconden had hij de auto open, en nog geen 3 minuten later draaide de motor. Met een glimlach hield hij zijn schroevendraaier omhoog en sprak de gevleugelde woorden: ‘New key’.

Voor een echte new key had hij 2 uur de tijd nodig. Geen flauw idee dat het kon, maar hij was blijkbaar in staat uit het niets onze autosleutel, die nu onderweg was naar de PhiPhi eilanden, na te maken.

Wát een geluk, zo’n ventje 30 meter van onze auto vandaan. Ik moet er niet aan denken dat hij vier kilometer verderop had gewoond, of laat staan 4 dorpen. We telden onze zegeningen.

Om de tijd te doden aten we een geweldig broodje bij een strandtent om de hoek. Hier stond op de muur: Dominical, a drinking village with a fishing problem’.

Hierom, en om bij te komen van de schrik, namen we er een koud biertje bij.

Na 2 uur gingen we even een kijkje nemen bij onze beroepscrimineel, c.q. reddende engel. Hij had een pracht van een gouden sleutel weten te fabriceren, die we nu al meer dan een week zonder problemen gebruiken.

6 - 9 maart 2016

Zondag 6 maart

De vlucht van Amsterdam naar Washington DC beviel mij prima. De stewardessen van United Airlines waren opvallend op leeftijd, maar liever een ouwe tang die me in de watten legt dan een jonge godin die niet naar me omkijkt.

De tussenstop in de Amerikaanse hoofdstad was weinig verheffend. Aan de vaderlandse tijdzone had ik een rammelende maag over gehouden, die ik stilde met een ‘Burger Americano with fries’. Gelukkig kijkt er in Amerika niemand op wanneer je, op welk moment van de dag ook, een flinke burger wegtikt.

De vlucht naar Costa Rica was minder comfortabel. In 4,5 uur tijd moest ik het doen met één glaasje water, en de airco stond op standje Antartica. Wie zou toch diegene zijn die bepaald heeft dat het in een vliegtuig altijd 15 graden moet zijn? Ik zet mijn geld op de leverancier van die flinterdunne dekentjes die je krijgt als je het koud hebt.

Na een kleine 17 uur kwam ik uiteindelijk aan in San José, de hoofdstad van Costa Rica. De shuttle die ik vanuit het hostel geboekt had kwam helaas niet opdagen. Zo’n kleine 40 taxichauffeur waren bereid mij uit de brand te helpen, en lieten dit luidkeels weten.

Een opgeschoten mannetje bood me zijn ‘hulp’ aan door het hostel te bellen. Nadat hij ophing gaf hij aan dat er geen shuttle onderweg was. Uiteraard wist hij wel een chauffeur die me voor hetzelfde bedrag naar het hostel kon brengen. Aan m’n water voelde ik dat er een addertje onder het gras zat, maar ik had geen zin om me verder druk te maken.

Ik stapte in de taxi van de oudste taxi chauffeur van Costa Rica. Dit is slechts een aanname, maar ik kan me niet voorstellen dat er in San José chauffeurs rondrijden van 103 jaar of ouder. Hij bleek ook slechtziend omdat hij de naam van mijn hostel in koeienletters (Times New Roman, 72) nog niet kon lezen.

Via wat omwegen slaagde hij er alsnog in mijn hostel te vinden, waar bleek dat ze aan het opgeschoten mannetje hadden verteld dat mijn shuttle onderweg was en dat ik nog 5 minuten had moeten wachten. Was mijn voorgevoel toch juist geweest. Gelukkig raakte het mij niet in mijn portemonnee.

Toen ik me net afvroeg waar Thomas zou zijn, kwam hij om het hoekje zetten. De hermanos Degeling waren herenigd.

Maandag 7 maart

Jetlags zijn niet plezant. Het is hier 7 uur eerder dan in Nederland. Wat er kort gezegd op neerkomt dat je met het naar bed gaan trek krijgt in je avocado met gekookte eitjes (die eet ik elke ochtend), je wakker bent als je moet slapen, en je een zombie bent als de dag begint. Afijn, u kent het gevoel wellicht.

Deze dag hadden we om San José te verkennen. We sleurden ons met goede moed door de straten op zoek naar bezienswaardigheden die er helemaal niet bleken te zijn.

Hoogtepunt zou een hotel moeten zijn waar president Kennedy en Pelé geslapen zouden hebben. Of dit in hetzelfde bed was stond er niet bij, maar we hopen dat ze destijds een betere service kregen dan wij.

Eindconclusie: heet, druk en bovenal geen hol te beleven.

Dinsdag 8 maart

Gelukkig is Thomas ook nog niet helemaal gewend aan de tijdzone van Midden Amerika. We gaan elke dag om 21:00 uur doodmoe naar bed, wat inhoudt dat de dag vervolgens rond 05:30 begint.

Vandaag zou om 08:30 ons Jeepie worden afgeleverd, waar we erg naar uit keken. De roadtrip kon beginnen, weg uit de stad en op naar het strand!

Je Nederlandse punctualiteit moet je niet inpakken, want hier is iedereen te laat. Manjana, manjana, tranquillo, tranquillo.

Kijk nou, daar kwam alsnog het mannetje van het verhuur bedrijf aangewandeld. Hij had slecht nieuws bij zich, namelijk een Suzuki Swift. ‘Onze’ 4x4 was die dag ervoor beschadigd ingeleverd en dus niet beschikbaar. Het beeld van haren in de wind in onze jeep ging even in rook op.

De goedlachse maar onrustig overkomende verhuurder maakte overal ‘no problem my friend’, ‘no problem my friend’ van, maar ik vertrouwde hem voor geen meter.

Hij beloofde de Jeep de volgende dag te komen brengen naar onze eerste bestemming, de stad Uvita. Dit was een rit van 3,5 – 4 uur dus ik geloofde er niet veel van. We zagen onszelf al de rest van de vakantie over onverharde wegen stuiteren in ons toegewezen koekblik.

Bij het nalopen op schades bleek ook nog dat deze auto geen nummerplaten had. Uiteraard was dit ook: ‘In Costa Rica no problem my friend, relax’.

We zijn er maar gewoon mee gaan rijden in de hoop dat ons vertrouwen in de mensheid niet geschaad zou worden. Na twee bochten bleken we al tegen het verkeer in te gaan dus dat was een goede start, gelukkig kwamen we er ongehavend uit.

Het verkeer in Costa Rica is in de stad chaotisch druk, en vooral erg opletten. Buiten de stad kan je soms een stukje lekker toeren, om vervolgens uit het niets met 5 km per uur achter een vrachtwagen te rijden die een berg opkruipt. Honden, fietsers, wandelaars en enorme Amerikaanse vrachtwagens, allemaal gebruiken ze dezelfde weg.

Loze putten¹ als we zijn doen we de airco niet aan, dit scheelt benzine, en bovenal een pijnlijke keel. Dit betekent echter wel dat je compleet doorgezweet op je bestemming aankomt.

Dit was in dit geval na 3,5 uur het stadje Uvita, waar we een prachtig hostel geboekt hadden. ‘Cascada Verde, the hostel by the waterfall’. In werkelijkheid zag het er nog mooier uit dan op de foto’s. Heel erg schoon en heerlijke hangmatten bij prachtig uitzicht, een oase van rust.

Het enige nadeel was dat we voor een dag later bleken te hebben gereserveerd, ‘I only have a Thomas for tomorrow’. Foutje bedankt. We moesten het boeltje weer bij elkaar pakken omdat er voor die dag geen plek meer was.

Op aanraden van de eigenaar gingen we opzoek naar een ander hostel ‘down the road’. Bij aankomst vonden we het maar een armoedig zooitje, maar we checkten in en gingen z.s.m. op ons doel af; het strand.

Daar aangekomen bleek dat je entree moest betalen om het strand op te komen. Dit vonden we maar vreemd. ‘Wie bepaalt nou dat dat ventje eigenaar van het strand is dan’?

Achteraf bedenk ik me dat het best een gat in de markt is om op een spaarzame zonnige dag in Nederland, in alle vroegte met je slagboom onder je arm af te reizen naar Scheveningen, om vervolgens daar iedereen die het strand op wil om 2 euro te vragen. Ik houd hem in me achterhoofd.

Het strand maakte haar entreeprijs meer dan waard, in 1 woord: prachtig! De jungle met enorme palmbomen gaat hier rechtstreeks over op het strand, wat een aanzicht geeft wat ik nog niet eerder had gezien.

Een paar duiken in de golven, gewichtheffen met boomstammen, bowlen met kokosnoten (wat zijn we crea he) en een prachtige zonsondergang maakte onze dag weer goed.

Het hostel was bij avondlicht een stuk gezelliger en bleek een Italiaanse keuken te hebben. Als het donker is wordt het afgeraden om nog de weg om te gaan, dus hier waren we aan overgeleverd. We bereidde ons voor op een droog pizzaatje, maar werden verrast met een heerlijk 3-gangen menu voor slechts 10 euro per persoon.

Gelukkig heb ik geen moeite met in de hitte slapen, want we lagen met 2 anderen op een kamertje van 3 bij 4, en snachts daalt de temperatuur hier zeker tot een graad of 29.

¹ Een loze put noemen wij iemand die weinig te besteden heeft of gierig is. Is ooit ontstaan doordat Thomas de Lidl ‘de loze putten’ is gaan noemen, omdat er zoveel loze putten in rond lopen. ‘Ik ben even naar de loze putten’ betekent dus dat je even naar de Lidl bent. ‘Wat een loze put zeg’ is bijvoorbeeld iemand die op Facebook aanbiedt om zijn fiets te ruilen tegen een pakje Shag, omdat hij ‘op dit moment even geen budget heeft voor shag’. Wat ik echt een keer gezien heb overigens.

Woensdag 9 maart

Nadat we een ontbijtje in elkaar geflanst hadden waren we blij hier te vertrekken. Het was een prima noodoplossing geweest, maar het bleef een beetje een viezig hostel met viezige mensen.

Een kwartier voor de afgesproken tijd kwam het verhuurbedrijf aan met onze Jimmy! Ons vertrouwen werd terugbetaald, en onze dag kon al niet meer stuk.

Per Jeep vervolgden we onze weg naar Puerto Jimenez. Terwijl ik dit in mijn boekje schrijf mijn hoogtepunt tot nu toe. Deze stad in het zuiden van het land ligt midden in het natuurgeweld van Corcovado, het grootste en rijkste nationale park van Costa Rica.

We hadden een kamertje geboekt bij Cabinas Jimenez, wat meer leek op een mini resort dan op een hostel. Letterlijk aan de zee gelegen, inclusief zwembad!

Je kon er nog gratis kayaks lenen ook, wat Thomas gelijk bij aankomst wilde doen.

Wat dat betreft is hij niets veranderd. Wanneer we vroeger aankwamen op een camping in Frankrijk dan hadden wij al gezwommen, getennist, gevist en ge-jeu-de-boulet, voordat Kok en Ria de tent opgezet hadden. Mijn tempo ligt ietsje lager dan dat van Thomas, maar ik kan hem tot nu toe aardig bijbenen.

Vijf minuten nadat we aankwamen zaten we dus allebei in een kayak, wat heerlijk was. Af en toe sprongen we eruit voor een duikie. Tot teleurstelling van Thomas lukte het mij telkens om weer in de kayak te klimmen. Hij zat al klaar met zijn Go-Pro om mijn te verwachten geploeter vast te leggen.

Zoals een echte roeier betaamd maakte hij ons vast een aan een boeitje, zodat we ontspannen konden genieten van de zonsondergang.

It's been a while!

5 maart 2016

De backpack is onder het stof vandaan gehaald. Na twee jaar hard werken zonder tijd voor vakantie gaik weer eens op pad.

Mijn grote zwarte rugtas zorgt er altijd voor dat mijn gedachtes terug gevoerd worden naar oktober 2012. Het moment van mijn grote wereldreis.

Als ik mezelf evalueer ben ik in veel opzichten een anders mens dan 3 jaar geleden. Dit laat zich bijvoorbeeld illustreren in de voorbereiding van de reis.

If my memory serves me well zat ik destijds 2,5 uur van te voren startklaar bij de gate. Er moesten nog 3 vliegtuigen vertrekken vanaf dezelfde gate voordat mijn vlucht aan de beurt zou zijn.

Dan de vlucht van destijds naar Bangkok. Bepakt en bezakt zat ik met mijn enorme bergschoenen en afritsbroek aan in het vliegtuig. Volledig voorbereid om 3 weken in de jungle te kunnen overleven. Voor wie denkt dat ik overdrijf, mijn moederzaldit verhaal tot in detailbevestigen.

Mijn mentale status van toen zou ik willen omschrijven als 'nogal uit balans'. Zou het reizen wel wat voor mij zijn? Vinden de mensen daar mij wel aardig? Ben ik wel sociaal? Vind ik wel aansluiting bij mijn medereizigers? Slapeloze nachten heb ik er destijds van van gehad.

Vol verwachting was ik over wie er naast me zou zitten in het vliegtuig. Wie kent de verhalen niet waarin de hoofdpersoon zijn reisgenoot voor het komende halfjaar al ontmoette in het vliegtuig. Als ik terugdenk heb ik geen idee meer wie er naast me zat, dus die vlieger ging in elk geval niet op.

Zo terugdenkend heeft het reizen en de tijd me wijzer gemaakt.

Nu plan ik mijn reis naar het vliegveld zo dat ik net aan kom lopen bij de gate op het moment dat hetinstappen begint. Van binnen geniet ik als ik naar de mensen kijk die er al uren zitten.

Zodra omgeroepen wordt dat het boarden start springen ze met z'n allen op en wurmen zich een weg naar voren. Op dat moment ga ik lekker even zitten op een van de achtergelaten stoelen. Zouden deze mensen echt denken dat ze op deze manier eerder op de plek van bestemming zijn?

Of ik naast mijn toekomstig reisgenoot plaatsneem? Vast niet!

Of ik straks leuke mensen ga ik moeten? Vast wel!

En zo niet? Jammer dan.

De 9 maanden vantoen zijn nu slechts 2 weken.Waar mijn broertje zijn drukke baan destijds tijdelijk achterliet om mij te bezoeken, daar zijn nu de rollen omgedraaid.

Ik had weer zin om te schrijven en deze reis met jullie te delen, en ik kan slechts hopen dat mijn trouwe lezers mij niet vergeten zijn na 3 jaar geen pen op papier te hebben gezet.

De korte reisduur maakt het wat makkelijker om deze keer wél het verhaal af te maken, dus die ambitie wil ik uitspreken.

De bestemming? Costa Rica!

Veel leesplezier,

Jeroen

14 t/m 17 oktober

Zondag 14 oktober 

Vandaag bezochten we de Cu-Chi tunnels. Dit tunnelcomplex, dat vrijwel door geheel Vietnam loopt, werd door de Vietcong gebruikt gedurende de strijd tegen de Amerikanen. De tunnels waren een wereld op zich met ziekenzalen, operatiekamers, slaap- en eetruimtes, vergaderzalen en theaters waar poezie voorgelezen werd.

De Amerikanen ondervonden enorme problemen in hun poging door te dringen tot de tunnels. Niet alleen een gebrek aan ruimte, de tunnels waren te smal en te laag voor een gemiddelde Westerling, maar ook granaten, scherpe bamboestokken, giftige slangen en valse doorgangen maakten het vrijwel onmogelijk om door te dringen. Tot zover een kort college over de Cu-Chi tunnels, overigens volledig na te lezen op Wikipedia.nl.

Vandaag mochten wij een poging wagen ons door de gangen te worstelen. Gelukkig wel in een ‘Westerling proof tunnel'. Deze, overigens wel originele tunnel, is verbreed tot 2 maal de oorspronkelijke grote.

Hier bleek helaas vrij weinig van te merken. Ik klauterde in 50 graden op handen en voeten door een claustrofobisch kleine tunnel. Na een kwartier verliet ik drijfnat, met een chronisch gebrek aan zuurstof, en volledig bedekt in zand en modder de tunnel.

We vervolgden onze weg door het bos en liepen langs bomkraters en gestrandde Amerikaanse tanks. Dit alles overigens continu begeleid met oorverdovende schietgeluiden. Deze waren afkomstig van de schietbaan verderop waar je munitie kon kopen voor elk wapen naar wens, van een pistool tot een AK 47. Ik waande me in een waar oorlogsgebied.

Ik liet het schieten over aan mijn groepsgenoten en mede-toeristen en na een kleine wandeling waren we terug bij de bus. Na terugkomst in Ho-chi-Minh bezocht ik het Museum of War, waar het volledige oorlogsverhaal in 4 etages wordt uitgelegd, geillustreerd met foto's, wapens, tanks en helicopters.

Die avond moesten we om 19:00 uur verzamelen, voor mijn eerste uit een totaal van 5 nachttreinen. Het woord zegt het al, een nachttrein is een trein waar je tegen het einde van de middag opstapt en die je vervolgens in gemiddeld 12 uur naar je volgende bestemming brengt, waar je vroeg in de morgen aankomt.

De nachttrein heeft zowel positieve als negatieve kanten. Leuk zijn de vooravonden waarin je in leuk gezelschap (als je geluk hebt) kaartspelletjes doet in een knus coupetje, terwijl het landschap aan je voorbij schiet.

Minder florisant zijn bijvoorbeeld de kakkerlakken en muizen die ik diverse malen over de vloer zag schuifelen. Daarnaast staat de airconditioning standaard ingesteld op 12 graden waardoor je je, gehuld in trui en lange broek, en bedekt met 2 dekens, volledig in Zuid-Siberie waant.

Een toiletbezoek is ook interessant te noemen, deze reis heb ik god al 100 keer op m'n blote knietjes bedankt dat ik als man ter aarde ben gekomen.

Tenslotte zorgen het geschut en vele abrupte afremmingen er altijd voor dat ik amper sliep en volledig gebroken op de plaats van bestemming aankwam. In dit geval was dit Nha Trang, Vietnam.

Maandag 15 oktober

We werden om 05:00 uur gewekt door een Vietnamese opera zangeres die door de speakers van de trein haar ‘ gezang' ten gehore bracht. Ik besloot de cd niet kopen.

Na aankomst in het hotel besloten we ons bed in te duiken, waar we niet voor 10:00 uur uitkwamen. We genoten van een ontbijtje en begaven ons naar het strand waar we de rest van de groep terugzagen, en de dag op een ligbedje doorbrachten.

Het lokale eten is geweldig en ook vanavond genoot ik weer van een plaatselijke delicatesse. Het is echt een enorme luxe om 2 maanden lang elke middag en avond uit eten te kunnen gaan.

Na het eten dronken we een biertje en deelde ik mijn kamer met Liam, dit om plaats te maken voor de eerste romances in de groep.

Dinsdag 16 oktober

Ik ben het benul van tijd of dagen al volledig kwijt, wat ik overigens als positief beschouw. Hier kan je op zaterdag een rustige avond beleven omdat je versleten bent van een enorme reis, en op maandag flink uitpakken in de discotheek, het maakt geen fluit uit.

Vandaag bleek het dinsdag en moest ik me om 08:30 melden voor een dagje snorkelen. We werden met een busje naar de haven gebracht alwaar we op een mooie boot klommen. De dag begon bewolkt maar in de loop van de dag brak het zonnetje alsnog door.

Het rif bleek veel mooier dan gedacht en ik waande me weer in Egypte, volledig met Nemo's en honderden andere vissen die ik niet bij naam kan noemen. We bezochten 3 riffen en werden tussendoor getrakteerd op een overheerlijke lunch. Een prima tripje.

De namiddag spendeerde ik met mijn Schote maat Michael op het strand en savons aten we met de gehele groep pizza, wat toch een verademing bleek na heel veel rijst, rijst, en nog meer rijst.

Om 21:30 stapten we weer in mijn favouriete vervoersmiddel, de nachttrein. De vooravond was weer prima maar de nacht een exacte kopie van mijn eerste treinavontuur.

Woensdag 17 oktober

Na een prima nachtrust van maximaal 2 uurtjes kwamen we om 10:00 uur met de trein aan in Hoi-An. Onze tourguide Da gaf ons een korte rondleiding door dit schattige, pittoreske en kleurrijke stadje, dat naast haar schoonheid bekend staat om haar vele tailorshops.

Na een tijdje overpijnzen besloot ik me toch ook een pak aan te laten meten. Het idee om straks in Nederland een nieuwe baan te gaan zoeken met mijn custom-made-suit uit Vietnam gaf uiteindelijk de doorslag. Ik koos de stof en werd uitvoerig opgemeten, een grappige ervaring. Ik moest me aan het einde van de middag weer melden.

Ik trok een paar baantjes in het zwembad nabij het hotel en wandelde met Michael terug naar de winkel. Voor het eerst een pak aantrekken dat volledig op maat gemaakt is bleek een geweldig gevoel, en ik was zeer content met mijn aankoop. Een aantal kleine aanpassingen zouden moeten worden gemaakt en een dag later kon ik mijn pak ophalen.

Die avond had ik mij samen met de groep opgegeven voor een kookcursus. Dit werd een erg gezellige en vooral smakelijke avond. Of ik het ook leerzaam kan noemen betwijfel ik, ik had mezelf vooral een assisterende rol gegeven en liet het echte werk over aan de dames. Daarnaast heeft een overmatige bierconsumptie ervoor gezorgd dat ik me de recepten niet meer helder voor de geest kan halen.

We sloten de avond af met een drankje in een lokaal barretje en vonden onze weg terug naar het hotel.

12 en 13 oktober

Vrijdag 12 oktober

De dagen op het strand waren zeer aangenaam geweest, maar de dagen daarvoor hadden veel indruk gemaakt. Met gemengde gevoelens verliet ik vandaag Cambodja. Vietnam stond op het programma en een rit van 5 a 6 uur bracht ons naar de grens.

Nu we ongeveer 10 dagen onderweg zijn ben ik het reizen gaan waarderen. Lekker onderuit in de bus, goede muziek in de oortjes en genieten van het mooie landschap dat aan je voorbij schiet. Af en toe een hazenslaapje of een slokje water, ik weet me prima te vermaken.

De grenspost was niet bepaald indrukwekkend te noemen. Twee slagbomen met daartussen wat gebouwtjes zorgden voor een wat armoedige aanblik. De hitte op deze zonovergoten vrijdag was dit wel. Ik denk niet dat ik in mijn vijfentwintig jarig bestaan eerder blootgesteld ben aan een dusdanige warmte.

De grensovergang verliep overigens eenvoudig, de douaniers vonden het waarschijnlijk ook te warm om zich overmatig in te spannen. Bepakt en bezakt, wat inhoud een backpack van 17 kilogram op de rug en de dagrugzak op de borst geklemd, maakte ik volkomen bezweet mijn intrede in Vietnam.

Na opnieuw een uur in de bus kwamen we aan in Chau Doc, een kleine stad net over de grens. We checkten-in in een prima hotel. We hadden een kamer met een goede douche met ferme straal en warm water. Grappig om te merken dat ik inmiddels blij wordt van zulke kleine dingen. Meer dan 1 stopcontact, een ruime locker of een goed Wifi signaal zijn dingen die je begint te waarderen.

Met kamergenoot Neil verkende ik de stad en eindigde ik aan een klein tafeltje midden op een markt, waar we ons genoeg deden aan wat lokale delicatesses. Het was duidelijk te merken dat ze hier niet heel erg gewend waren aan toeristen in het straatbeeld. Als roodharige Engelsman en hoogblonde Nederlander voelden we ons behoorlijk bekeken.

We vonden het hotel terug waar ons een rit achterop een motor te wachten stond. Waar mijn Engelse vrienden weer duizend doden stierven genoot ik van het scheuren door de buitenwijken van Vietnam. We waren een ware attractie en werden op onze weg begroet door groepen zwaaiende kinderen. Heel erg gaaf om mee te maken. Terwijl ik achterop zat zag ik kans hier een filmpje van te maken, tot ontsteltenis van mijn groepsgenoten die zich angstvallig vastklampten aan hun bestuurder.

We werden naar de top van een berg gebracht om daar te kunnen genieten van het uitzicht. Vandaag was het helaas erg bewolkt dus van enig uitzicht was geen sprake. Dit mocht de pret niet drukken, en we dronken al liggend in een hangmat een biertje. We aten in het hotel en besloten niet lang daarna om versleten ons bed op te zoeken.

Zaterdag 13 oktober

Vietnam ziet er goed uit en voelt ook goed aan. De mensen zijn minder opdringerig en lijken ook trotser en groter (niet letterlijk) dan in Cambodja. Waarschijnlijk omdat ze hier nooit vernederd zijn gedurende een burgeroorlog zoals in het vorig land wat ik bezocht. Vietnam wist zich juist tijdens de Vietnam-oorlog dusdanig verweerden dat de Amerikanen uiteindelijk met de staart tussen de benen weer vertrokken.

We gingen op weg naar Ho-Chi-Minh City, de grootste stad van Vietnam. Een aangename rit van 8 uur, inclusief boottochtje, bracht ons daar. Onze tourleidster Da, Thaise, 38 jaar, gaf ons een snelle rondleiding door een mooie, maar hele drukke stad.

Na een snelle douche melden we ons voor een groepsmeeting. Vijf nieuwe mensen sloten aan bij de bestaande groep, wat voor mij een positieve wending betekende. Michael en Stacy, een stel uit Schotland, en Josie, een afgestudeerde dokter uit Engeland, bleken hele relaxte mensen waar ik direct een klik mee had.

We genoten van een prima diner, het is echt een luxe om elke dag 3 keer uit eten te gaan, en besloten een poging te wagen in de karaoke-bar. Na een wijfelend begin, niemand durfde, besloten ik en Josie ' hey Jude' ten gehore te brengen. De ban was gebroken. De alcohol begon ook zijn werk te doen, en niemand was meer van het podium te slaan.

Ook ik ging los op Kings of Leon, de Foo Fighters en natuurlijk Oasis. Iedereen, hoe slecht het optreden ook was, werd luid aangemoedigd en kreeg een groot applaus. Een geweldige avond kreeg een mindere wending nadat op de terugweg bij een van de meiden de tas bruut van de rug werd getrokken door een man op een voorbijscheurende scooter.

Terwijl zij met haar vriendin de nacht op het politiebureau doorbracht, (zonder enig succes) viel ik in een diepe slaap.

9 tot en met 11 oktober

Dinsdag 9 oktober

Vandaag stond ons een indrukwekkende dag te wachten. Deze begon onschuldig met een fietsrit door de stad. Fietsen hoefden we niet zelf, we namen plaats in een soort bakfiets met zitplaats aangedreven door oude Cambodianen. Waar ik dit als zeer rustgevend ervaarde, daar stonden mijn Engelse reisgenoten doodsangsten uit.

Wellicht word je van overmatig drankgebruik vatbaar voor angsten of paniekaanvallen, het zou me niet verbazen. Werkelijk alles vinden ze eng. De 'Oh my gods' weerklonken door de, moet gezegd, chaotisch drukke straten. We stopten bij een paar bezienswaardigheden en keerden na een uur terug bij het hotel.

Ik trok een paar baantjes in het zwembad en maakte me klaar voor een bezoek aan de killing fields. Ik had links en rechts al wel wat gelezen over de bewogen geschiedenis van Cambodja, maar al snel bleek dat ik de omvang en ernst hiervan rijkelijk onderschat had.

Na een korte introductie vertelde de diensdoende gids ons dat hij tijdens het regime van Pol Pot drie broers had verloren. Deze Pol Pot, officieel Saloth Sar genaamd, was een Cambodjaanse revolutionair die aan de macht was van 1963 tot zijn dood in 1998. Zijn streven was om een nieuw Cambodja te stichten, dat later ook wel het agrarisch socialisme werd genoemd. Om dit te bewerkstelligen achtte hij het noodzakelijk om tussen 1963 en 1975 drie miljoen Cambodianen te vermoorden. Dit op een totale bevolkingsomvang van 6 miljoen inwoners.

Hij vermoordde voornamelijk het interlectuele deel van de inwoners omdat hij voor ogen had dat Cambodja slechts zou bestaan uit boeren die zelfvoorzienend zouden zijn, geheel volgens communistisch gedachtengoed.

Het moorden begon in 1975. De gedetineerden werden in embarmelijke omstandigheden naar de killing fields vervoerd. Na dagenlange martelingen werden ze naakt vervoerd, in gezelschap van honderden lotgenoten. Eenmaal aangekomen op de plek des onheils werden ze afgeslacht. Om kogels te besparen werden hiervoor diverse voorwerpen voor gebruikt, zoals messen en stenen. Maar ook de scherpe bladeren van palmbomen.

Vervolgens werden de lichamen begraven in grote massagraven. In totaal zijn er zo'n 400 killing fields verspreid door Cambodia. Vandaag bezochten we er daar slechts 1 van.

Het eerste waar je tegenaan loopt bij de binnenkomst van het terrein is een hoog glazen gebouw vol met duizenden schedels, afkomstig uit de geborgen graven. Zijn nog niet alle graven geborgen dan? Nee, het overgrote deel van de massagraven blijkt nooit geborgen te zijn.

Duizenden slachtoffers liggen nog altijd onder de grond. Deze worden ' met rust gelaten' zoals de gids dit verwoordde. Je mond valt open van verbazing, zeker als je je inbeeld hoe we hier in Nederland of in Europa mee om zouden zijn gegaan.

We wandelden door en bereikten bijna de eerste graven. Voordat dit zover was werden we nog gewaarschuwd door de gids. Het bleek geen gunstige maand om de graven te bezoeken. Enorme regenval en erosie zorgden ervoor dat er nog elke dag botten of kledingstukken aan het oppervlakte kwamen. Waarvan akte.

We liepen langs de graven waar inderdaad af en toe een bot uit de grond stak. Een zeer onwerkelijke aanblik. We passeerden tientallen graven en bereikten de killing tree. Deze had zijn naam te danken aan het feit dat de soldaten uit het regime van Pol Pot deze gebruikten om baby's en kinderen tegaan te slingeren, net zolang tot ze aan hun verwondingen overleden.

Overigens niet voordat ze de moeders van deze kinderen hadden verkracht. Volgens de verhalen stierven een aantal moeders aan een hartaanval omdat ze gedwongen werden toe te kijken hoe hun kinderen tegen de boom geslingerd werden.

Zichtbaar aangeslagen vervolgde ik en mijn groep onze weg richting de uitgang. Net voor we deze bereikten wees de gids ons om een grindpaadje, een meter van het hoofdpad gelegen. We bukten om te zien wat hij aanwees. Wat op het eerste oog een aantal steentjes leken te zijn, bleken een drietal tanden die uit de grond staken. Voor mij persoonlijk was dit het meest gruwelijke en confronterende moment van de dag.

Een busrit van een uur, waarin niet veel gesproken werd, bracht ons naar een oude school die tijdens het regime gebruikt werd als ' VIP-gevangenis' . De gevangenen waren personen die ervan verdacht werden werkzaam te zijn geweest als spion. De gedetineerden hadden allen een eigen gevangenis en werden hierin langdurig gemarteld, om zodoende informatie uit hun te kunnen slaan. Ook werden velen anderen op de binnenplaats vermoord.

We bezochten een aantal van de cellen, die nog volledig in de originele staat bewaard zijn gebleven. In Cambodja betekend dit niet alleen dat je een bed of martelwerktuigen te zien krijgt, maar ook de opgedroogde plassen bloed op de grond zijn bewaard gebleven.

Na een inval van Vietnam in 1979 kwam er een einde aan het regime van Pol Pot, die overigens tijdens de gehele periode van zijn heerschappij de volledige steun had van de Verenigde Naties. Hij vluchtte naar een grensgebied tussen Cambodia en Thailand, en werd nooit vervolgd voor zijn daden, tot zijn dood in 1998.

Na het verstoten van Pol Pot moest Cambodja met een gehalveerde bevolking, die voornamelijk bestond uit laag geschoolden, zien op te krabbelen. Mijn eigen gevoel zegt dat dit proces nog tientallen jaren in beslag zal nemen. Dit gevoel wordt gevoed door het feit dat de gids vertelde dat de huidige bevolking nauwelijks praat over het drama wat zich hier slechts 35 jaar geleden afspeelde.

Omdat het te pijnlijk is kiest de gemiddelde Cambodiaan ervoor om te doen alsof het nooit gebeurd is. Wellicht begrijpelijk maar in mijn ogen geen goede basis in het verwerkingsproces. Cambodja is een vreemd land dat gebukt gaat onder armoede, corruptie en dat nog altijd zoekende is.

Wat mij het meest verbaasde is dat ik voor mijn bezoek aan dit land nog nooit gehoord had van Pol Pot of de killing fields. Gedurende mijn gehele schoolperiode is hier geen woord aandacht aan besteed.

Reden genoeg voor mij om in mijn blog hier een redelijk gedetailleerd verslag over te schrijven. Op deze manier zijn er toch weer ongeveer 260 (aantal lezers van het vorige verhaal) personen op de hoogte van wat zich hier heeft afgespeeld.

Woensdag 10 oktober

De volgende ochtend vroeg vertrokken we per public bus richting Sihanoukville. De tocht duurde 7 uur en na 10 minuten voelde ik al de aandrang tot een wc bezoek. En geplast had ik net op het busstation al. Vele stops, een slecht werkende airco, en verschrikkelijke Aziatische schreeuw-muziek zorgde er verder voor dat deze rit met stipt op 1 binnen kwam op de lijst der onprettige tochten.

Het bleek het allemaal waard. We kwamen uiteindelijk aan bij een prachtig hotel, exact 1,5 meter gelegen van een prachtig prive strand. Compleet met palmbomen en prachtig wit zand, Cambodja bleek ook een mooie kant te hebben. We waren de busrit al snel vergeten. We genoten van het mooie weer, zwommen, en voetbalden langs de waterlijn. Na een prachtige zonsondergang gingen we opzoek naar een restaurant.

Groepsgenoot Carl, Engels, 24 jaar, had onderweg naar het hotel een uithangboord gezien van een 'snakehouse'. Een langdurige en avontuurlijke wandeling langs onverlichte straten, zwervers, en luid blaffende honden volgde. Nadat ik tussendoor mijn eerste verzoek van een prostitue had afgewezen kwamen we een kleine drie kwartier later alsnog aan bij het restaurant.

Je hoort wel eens dat je de kwaliteit van een restaurant kunt afleiden aan de hand van de hoeveelheid aanwezige bezoekers. Als dit klopte moest ik zojuist het slechtste restaurant van Cambodja binnen gewandeld zijn. Compleet uitgestorven. De aankleding van het restaurant was opmerkelijk, maar niet lelijk te noemen. Een enorme vrijver met prachtige vissen vulde het grootste gedeelte van de ruimte op, met daar omheen de eettafeltjes. Bomen en veel bamboe zorgde ervoor dat je het idee had dat je midden in de jungle zat te eten.

Dat je er slangen kon eten, de hoofdreden van ons bezoek (ik was dit overigens zelf niet van plan), bleek een vergissing. Het restaurant had zijn naam te danken aan tientallen slangen in terrariums, niet aan de mogelijkheid tot consumptie ervan.

We werden geholpen door een ober die verbaasd leek dat hij klanten mocht ontvangen, maar dit was slechts mijn interpretatie. Dit beeld werd overigens wel versterkt nadat we warme blikken bier geserveerd kregen. Als restaurant zorg je er toch minimaal voor dat je drank koud staat, maar dit bleek teveel gevraagd. De moed zakte me in mijn schoenen door de wetenschap dat ik zojuist rijst met garnalen had besteld.

Het eten werd na een uur geserveerd, en na het proeven van 1 garnaal heb ik me verder maar beperkt tot het eten van mijn rijst.

Een illusie armer maar met een avontuur rijker kwamen we weer veilig aan in het hotel, waar we van de 'thuisblijvers' begrepen dat ze zojuist heerlijk gegeten hadden.

Donderdag 11 oktober

De tour is een race van hot naar her. Even tijd om bij te komen of uit te rusten is er dan ook nauwelijks. De mogelijkheid tot een rustdag werd dan ook door de gehele group met beide handen aangegrepen. Ik sliep tot 10:30 en spendeerde de hele dag op een ligbedje.

S'-avonds besloten we veilig in het hotel te eten, en hadden we een hele leuke avond op het strand. Cocktails vloeiden rijkelijk en werd gelachen, gezwommen en gezongen.
Best apart om met 10, tot voor kort onbekenden, uit volle borst Wonderwall te staan zingen op een strand aan de andere kant van de wereld. Met de muzieksmaak van mijn reisgenoten bleek niets mis.

Ps:

Ik zou mijn verhalen graag illusteren met foto's, maar ik heb tot nu toe nog geen computer gevonden waarop ik mijn camera aan kon sluiten. Wanneer dit wel lukt zal ik de oude verhalen ook alsnog voorzien van wat foto's.

6 t/m 8 oktober (+groep)

Zaterdag 6 oktober

Na een zeer onrustige nacht ging om 7:30 de wekker, om 8:30 moesten we klaar staan voor onze reis naar Cambodja. Een rit van 6 uur naar de grens leidde me langs voornamelijk platteland. Het was duidelijk te zien dat het regenseizoen nog niet ten einde was, grote delen van de akkers stonden onder water en onze minivan worstelde zich door enorme plassen water.

Spannende verhalen over de grensovergang tussen Thailand en Cambodja zijn er genoeg. Corruptie viert hoogtij in een van de armste landen ter wereld. Een extra 10 dollar bovenop de vaste prijs van 25 dollar voor onze visa moesten uitkomst bieden.

Eenmaal aangekomen bij de grens verbaasde ik me over de enorme rijen mensen die de overgang naar Cambodia wilden maken. De reden hiervan bleek een enorm casino, net over de grens. In Thailand zijn casino's verboden, waardoor we aansloten achter, naar schatting, een kleine 2000 goklustige Thaien.

De douaniers bleken goedgestemd en de 10 dollar had zijn uitwerking gehad. Na een uurtje of 2 van rij naar rij, uitstempelen, instempelen, het afgeven van 7 uitvoerige vingerafdrukken, en na 49 nors kijkende ambtenaren getrotseerd te hebben, kwamen we uiteindelijk aan in Cambodja.

Waar ik mij in Thailand al verbaasde over de hoeveel mensen die ze per scooter vervoeren, daar doen ze er in Cambodja nog een schepje bovenop. Het record van hoeveelheid mensen op één scooter staat tot nu toe op 6, maar daar blijft het niet bij. Enorme hooibalen, watertanks, volgroeide bomen, 400 trossen bananen of 47 gekooide kippen. Je kunt het zo gek nog niet verzinnen of ze vervoeren het hier met hun heilige toeterende scooter.

Na een rit over de, dit bleek later pas, enige verharde weg van dit koningschap kwam we aan in Siem Riep. Na ingechecked te hebben in een prima hotel (alle hotels zijn tot nu toe veel luxer dan ik had verwacht) werden we per jeep vervoerd naar een school in het midden van de jungle.

Deze school bleek een initiatief van een jongedame die naast haar werk jonge kinderen uit de buurt Engelse les geeft. Om dit te financieren nodigt ze toeristen uit om bij haar te komen eten. Dit bleek een erg leuke en smaakvolle ervaring. Het lokale eten was prima en de locatie was prachtig. We aten in een primitief huis op palen, en werden geserveerd door de schoolkinderen.

Na het eten mochten we spelen met de kinderen. Dit werd ook letterlijk zo gezegd. Op mij kwam dit een beetje als een verplichting over, maar een voetbal boodt uitkomst. De taal van het voetbal wordt over de hele wereld gesproken, dus voor ik het wist stond ik met mijn houterige techniek tussen 7 ADHD kinderen te voetballen.

De peuters kregen er maar geen genoeg van. Even zitten om bij te komen en wat te drinken werd dan ook niet gewaardeerd. Een ferme elleboog in de nek of een stomp in de schaamstreek werden niet geweerd, om duidelijk te maken dat er verder gespeeld moest worden.

Na deze leuke maar pijnlijke ervaring werden we terug gebracht naar het dorp. We besloten nog een paar biertjes te drinken en ik keek Chelsea-Norwich met mijn nieuwe Engelse vriend Liam, een groot Norwich fan.

Zondag 7 oktober

Vandaag stond de trip naar Angkor Wat op het programma, the City of Temples, het grootste Hindu Tempel complex ter wereld en dé toeristische trekpleister van Cambodja.

Klonk veelbelovend.

Na aankomst kwamen de regenjassen en poncho's uit de tassen, het was begonnen met regenen. En stoppen deed het die dag niet meer.

Wellicht kwam het door de druilerige dag, maar het lukte mij maar niet om onder de indruk te raken van de tempels. Ik had prachtige, met goud bekleden Boedda's en schatkamers voor ogen. Deze bleken er ooit wel te zijn geweest, maar alle schatten waren al honderden jaren geleden gestolen.

Daarnaast zijn 95% van alle aanwezige Boedda's in de tempels onthoofd gedurende een burgeroorlog, dus overal waar je kijkt zie je slechts de onderlichamen van wat ooit een boedda geweest moet zijn.

Maar ik hield hoop. Ik had namelijk begrepen dat in een van de tempels, later ook de Tomb-raider Temple genoemd, de gelijknamige Tomb-Raider film met Angelina Jolie opgenomen is. Waar in Europa iedereen de film of het computerspel allang vergeten is, zijn ze er hier nog altijd ape-trots op.

Vol verwachting maakte ik mijn intrede in de tempel, die naast de film, ook bekend is door een boom die de tempel langzaam aan het overnemen is. Wat ik zag was een ruine van wat ooit een tempel geweest is, stijgers en een hijskraan hielden de boel bij elkaar. En inderdaad, geen woord gelogen, en groeide een enorme boom midden in het complex. Van Angelina Jolie geen spoor.

Uiteraard is heel knap dat men in staat is geweest om rond 1200 deze bouwwerken te kunnen maken, en chargeer ik in mijn verslag enigsinds, maar het was duidelijk dat mijn verwachtingen niet matchten met wat Angkor Wat te bieden heeft.

Doorweekt en versleten werden we terug gebracht naar Siem Riep. Een goed avondmaal bleek de voorzet tot een leuk feestje dat tot in de kleine uurtjes doorging, want er waren genoeg uitgaansgelegenheden in de barstreet.

Maandag 8 oktober

Na 2 dagen Siem Riep was het tijd om door te reizen. Een busreis van 7 uur naar Phnom Penh volgde. Mijn illusie om in de bus bij te slapen viel al snel in het water. De wegen bleken in dramatische conditie, waardoor je bijna elke 5 seconden uit je stoel werd geworpen. Veel geld hebben ze in Cambodja niet, en hetgeen wat ze hebben besteden ze in elk geval niet aan het wegennet.

Neil stelde voor een film te kijken op zijn telefoon om zodoende wat tijd te doden. Dit was een leuke onderbreking van een verder saaie reisdag. Enige hoogtepunt waren wat indrukwekkende bliksemschichten die de een grote storm aan leken te kondigen. Deze bleef ons gelukkig gespaard.

Ongeschonden kwamen we aan in een mooi hotel in Phnom Penh. Na een goed avondmaal en een duik in het zwembad besloot ik te gaan slapen. Niet wetende wat voor bizarre dag me te wachten stond.

De groep

In het begin had ik er wel een beetje moeite mee om mijn plek in de groep te bepalen. Naast een Duits meisje ben ik de enige die het Engels niet volledig beheerst. Dit vergde de nodige aanpassingen, al moet ik zeggen dat ik me verbaasde over hoe snel ik de taal me machtig maak.

Ondanks dat ik het lastig om helemaal jezelf te zijn. Waar ik het in Nederland leuk vind om een snelle (woord)grap te maken, doe ik er hier nog altijd veel te lang over om te bedenken hoe ik het wil zeggen, wat als gevolg heeft dat het moment allang voorbij is. Maar ik verbeter me elke dag en iedereen is heel behulpzaam op het moment dat je even wat meer tijd nodig hebt.

Daarnaast heeft het me een kleine week gekost om helemaal op m'n gemak te zijn. Je reist in een gezelschap dus je probeert toch een comfortabele plek in de groep te bemachtigen. Ik ben mezelf gebleven en ik voel me inmiddels helemaal at ease. Ik voel van alle leden van de groep waardering en kan met iedereen goed opschieten.

De eerste 10 dagen waren qua samenstelling van de groep niet ideaal. In een groep ontstaan er op een gegeven moment altijd subgroepjes, zo ook in de onze. Er ontstond een feest- en zuipgroep bestaande uit de 3 Engelse gasten en 2 meiden uit hetzelfde land, en een groepje dat na elke maaltijd het hotel verkoos boven de kroeg of bar.

Nu ben ik niet vies van een drankje of een feestje maar ik heb mijn grenzen. Zeker op het moment dat het rond 02:00 in de nacht is en we de volgende dag om 7:00 uur uit bed moeten. Laten we stellen dat deze grens bij mijn Engelse groepsgenoten iets wat vervaagd is.

Waar ik rustig aan doe met de alcoholconsumptie, ik ken de beperkingen van mijn eigen lichaam, maken mijn Engelse vrienden er een sport van om elke avond zoveel mogelijk te drinken, het liefst geserveerd in zo groot mogelijke emmers.

Wonder boven wonder voelen ze zich de volgende ochtend prima en werken ze bij het ontbijt met het gemak hun full-English breakfast weg, bestaande uit worsten, champignons, eieren, en spek. De aanblik en geur van deze maaltijd alleen al doet mij kokhalzen. Ik hou het dan ook bij een botenham met jam.

Het voordeel van het drinken uit emmers is trouwens dat je tegelijk met rietjes drinkt. Doen alsof ik heel hard aan het rietje zuig, en het zodoende lijkt alsof je een enorm aandeel hebt in het zo snel mogelijk veroberen van de sloot wodka-red bull heeft mijn dag al een paar keer gered.

Na een dag of 10 sloten Michael en Stacy een stel uit Schotland, en Josie, een dokter uit Engeland, aan bij de groep. Erg vriendelijke en relaxte mensen waar ik gelijk een klik mee voelde. Samen met 2 anderen uit de oorspronkelijke groep vormen we een hele leuke groep waar ik me prima thuis in voel.

De eerste 3 dagen

Woensdag 3 oktober 2012

De dag des oordeels. Na maanden van voorbereidingen en eindeloos wachten werd het dan toch woensdag 3 oktober. Na een goede nachtrust, ik had slechter verwacht, werd ik wakker met het idee dat mij vandaag iets groots te wachten stond.

Het kostte me 5 seconden voordat ik me realiseerde dat ik zojuist voor het laatst voor de komende 7 maanden in mijn fijne bed had geslapen. Dit bezorgde mij gemengde gevoelens. Enerzijds de opluchting van het eindelijk weggaan na eindeloze wachten, honderden keren uitleggen waar ik ook alweer naartoe ging, en ontelbare afscheidsmomenten. Anderzijds de spanning van de aanstaande sprong in het diepe.

Na een afscheidstoernee langs collega’s, cursusgenoten, vrienden en familie was het moeilijkste afscheids aanstaande. Het afscheid nemen van mijn gezin. In de maanden voor mijn trip ben ik mij gaan realiseren hoe fijn en goed ik het thuis heb. Dit maakt het verlaten van het vertrouwde nest, zei hij tijdelijk, er niet makkelijker op.

Na een voorspoedige rit naar Schiphol en het met succes inchecken van mijn backpack was het zover. De tranen stonden me nader dan het lachen maar ik vond dat ik mij groot moet houden, dit lukte. Na eindeloos zwaaien in de rij van de douane (Joris Linssen zou een moord doen voor deze beelden) waren ze dan toch uit het zicht. Een gevoel van vrijheid begon zich in mij te nestelen.

In de rij van het vliegtuig stond ik naast een jongedame die op het eerste oog ook alleen op reis was. Om maar gelijk goed te beginnen sprak ik haar aan. Ze bleek ook naar Bangkok te reizen waar een vriendin haar op zou wachten. Gedurende de de reis hebben we gezellig gekletst. Binnen een uur de eerste vriend gemaakt, was ik hier toch minder slecht in dan ik dacht?

De reis via Londen naar Bangkok verliep voorspoedig. Na goed eten, Spiderman en een rood wijntje zowaar een paar uurtjes kunnen slapen. Na een vlucht van 13 uur kwam ik 15:30 plaatselijke tijd, redelijk fris aan in Bangkok.

Donderdag 4 oktober

Om het makkelijk te maken voor mezelf had ik besloten om alvast een transfer vanaf het vliegtuig naar mijn hotel te boeken. Met mijn camera in mijn hand, dit leek mij wel een leuk plaatje, ging ik enthousiast opzoek naar de chauffeur met het bordje ‘ Mr. Degeling’ erop. Na een minuut of twintig alle chauffeurs bekeken te hebben bleek deze helaas niet aanwezig te zijn. Dit kon mijn goede humeur niet verpesten en ik ging opzoek naar een taxi. Na een een rit van 20 minuten kwam ik aan in het Bangkok City Centre hotel.

In mijn kamer was het minimaal een graadje of 70, tot mijn opluchting boodt de airco uitkomst. Na een weinig succesvolle poging om zelf te voet Bangkok te verkennen besloot ik toch maar in te gaan op een van de vele verzoeken van honderden Tuk-Tuk bestuurders. Ik hees mezelf achterin zijn scheurijzer en gaf hem de opdracht me naar een restaurant te brengen, ik stierf van de honger. De eerste minuten waren dolle pret, we scheurden luidt toeterend (dat is de hobby van elke Aziaat) door de straten van Bangkok. Ik nodigde mijn nieuwe vriend uit om met mij te eten. Eten in Azie kost maar een paar euro dacht ik, en dan zit ik in elk geval niet alleen.

Na een minuut of 5 belandde we echter in een mega file. Dit bleek achteraf een dagelijkse file waarvan de bestuurder van mijn vervoersmiddel op de hoogte moet zijn geweest. Zijn honger naar geld zal hem ongetwijfeld zover gekregen hebben mij ondanks dat deze rit aan te bieden. Na anderhalf uur, waarin we naar schatting een kilomter of 4 aflegden kwamen we aan bij het door hem verkozen restaurant. Dit had nou niet bepaald de uitstraling alsof het de enorme rit waard was geweest, maar ik liet mij graag verrassen.

Waarschijnlijk omdat ik op mijn voorhoofd had staan ‘mijn eerste dag in Thailand’ dacht de eigenaar van het restaurant dat hij met mij de zilvervloot binnen had gehaald. Door mijn oververmoeidheid, het inademen van wolken van uitlaatgassen, het nog niet geheel eigen hebben gemaakt van de waarde van de Thaise Bath en enorme honger ging ik akkoord met een prijs waar ik achteraf een week van had kunnen eten.

Het eten was prima maar de rekening schokkend, ik had niet genoeg Thaise Bath op zak en vroeg of ik kon pinnen. Dit was uiteraard geen probleem en ik werd verzocht mee naar binnen te komen. Na het controleren van al mijn zakken bleek ik mijn bankpas niet te kunnen vinden. Paniek. Het enige wat ik bij me had was mijn noodfonds aan Amerikaanse Dollars. Geen probleem voor de dame achter de kassa, al kwam er dan wel 10% transactiekosten bovenop. Een kleine 100 Dollar armer verliet ik het restaurant.

De file was nog niet geheel opgelost en een enorme regenbui barste los boven Bangkok. Het zeiltje boven de tuk-tuk me bood helaas weinig schuilplaats. Terwijl ik langzaam nat werd realiseerde ik me dat ik nog een hoop de leren had.

Nadat ik definitief vastgesteld had dat ik mijn bankpas kwijt was heb ik contact op genomen met Thomas en heb ik met hem een aantal afspraken gemaakt over mijn bankzaken. Gelukkig had ik hem het recht gegeven mijn bankzaken te kunnen beheren (bedankt voor de tip Gerard). Voor de rest van de trip zou ik mijn creditcard moeten gebruiken.

Om mijn hoofd een beetje op orde te krijgen na deze chaos besloot ik om een stukje te wandelen. Ik sloeg rechts af bij het hotel en zag direct 5 kollosale ratten voor mij uitsprinten. Ik gaf geen kik en liep door langs zwervers en bergen puin, alsof het de gewoonste zaak van de wereld was.

Vrijdag 5 oktober

Na een onrustige nacht ten gevolge van mijn jetlag werd ik rond 08:30 wakker. Nieuwe dag nieuwe kansen. Na een goed ontbijt besloot ik opzoek te gaan naar China Town. Dat volgens de kaart die ik had weten te bemachtigen vlakbij mijn hotel zou moeten zijn.

Na een kleine twintig minuten lopen gaf ik het op. Ik nestelde me weer in een tuk-tuk. De bestuurder wist me te vertellen dat er in China Town alleen savonds wat te beleven valt. Helaas deed hij dit terwijl we al door de stad race-ten. Hij scheeuwde een aantal onverstaanbare kreten en ik legde me neer bij zijn snode plannen.

Na een rit dwars door een markt kwamen we aan bij een aanlegstijger voor een boottocht. Ik werd op een stoel gehesen waarna mij verteld werd dat ik voor 1800 Bath deel kon nemen aan een boottocht over de rivier. Los van de veel te hoge prijs had ik hier wel zin in, maar ik had gelezen dat we dit wellicht al s’avonds zouden doen op het moment dat ik mijn reisgezelschap ontmoet had. Ik liet de boottocht-dame teleurgesteld achter en gaf mijn initiatiefrijke chauffeur de opdracht me weer terug te brengen naar mijn hotel.

Na een verplichte stop bij de winkel van zijn broer, waar ik uit moest leggen dat ik echt geen maatpak nodig had de komende maanden, arriveerde ik weer bij het hotel. Ik ging naar mijn kamer om me een beetje op te frissen. Nog geen 5 minuten later werd er op de deur geklopt. Mijn kamergenoot voor de komende maanden was gearriveerd. Een Engelsman genaamd Neil, rood haar, enorme rode baard, maakte zijn intrede. Na een uitvoerige kennismaking besloten we te gaan zwemmen. Neil bleek al een maand te reizen en had net afscheid genomen van zijn vriendin die hij tijdens zijn reis had ontmoet. Neil bleek een hele aardige gast dus voorlopig was ik niet ontevreden met mijn nieuwe roommate.

In de loop van de dag ontmoeten we de rest van de groep bestaande uit 10 Engelsen, een Canadese en een Duits meisje. Op het eerste oog een prima groep. We gingen uit eten met zijn allen naar een restaurant, 3 minuten van mijn hotel vandaan. Hier at ik een overheerlijk 3 gangen menu voor 4 euro. Dit had ik gister moeten weten.

Na het eten besloten we met een groepje van 5 mensen te gaan pokeren op de kamer. In de kamer begonnen de Engelsen heel snel door elkaar Engels te praten. Ik moest me heel erg concenteren om er iets van mee te pikken. Rond 01:00 gingen we slapen.

In mijn gedachten hoorde ik mijn 4 reisgenoten door elkaar Engels praten. Dit, gecombineerd met een jetleg en heel veel nieuwe indrukken, zorgde ervoor dat ik een aantal uren doorbracht starend naar het plafond, waarna ik eindelijk in slaap viel.